Diep in de ziel bewaard

20 juni 2024

Wilma van Grinsven onderarm.jpg

Wilma van Grinsven, buurtcoach Helmond-Noord en rouw- en verliesbegeleider bij de LEVgroep, liet in 2014 een belangrijk levensmotto op haar onderarm tatoeëren.

 

HELMOND, 21 maart 2024

De levensmotto’s van Wilma van Grinsven staan in het Latijn met kleine sierlijke letters op haar armen getatoeëerd. Alta mente repostum (‘diep in de ziel bewaard’) staat er al sinds 2014. “Alles wat ik in mijn leven heb meegemaakt, heeft me gemaakt tot wie ik ben en neem ik mee. We zijn hier met een reden, namelijk om iets te leren. En deze heb ik kort geleden nog laten zetten”, zegt Wilma terwijl ze me haar rechterpols laat zien. Amor fati staat er, ‘liefde voor het lot’. “Dit betekent voor mij dat je altijd iets kunt doen met wat je overkomt. Dat je achteraf kunt zeggen: ik heb dit niet gewild, maar het heeft me wel wat gebracht.” Wilma is sinds kort officieel rouw- en verliesbegeleider. Vanuit de LEVgroep is ze ook buurtcoach in Helmond-Noord en ze begeleidt al tien jaar mensen die worstelen met het leven, sterven en rouw.

Ik vind Wilma’s naam in onze lokale weekkrant De Loop in een kort artikel met de kop: Lotgenotencontact wanneer je partner is overleden. Dat gaat niet direct over palliatieve zorg voor overlijden, maar de LEVgroep is in Helmond en omstreken wel de organisatie die de VPTZ (Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg) vertegenwoordigt. En de VPTZ was een van de eerste organisaties die opdook in mijn zoektocht naar informatie over palliatieve zorg. Of ik haar eens mag interviewen, mail ik? Ze belt de dag erna al persoonlijk terug. Ik ben van harte welkom.

Een openhartig gesprek

Wat volgt is een informatief en openhartig gesprek over de waarde van palliatieve terminale thuiszorg, één op één begeleiding bij rouw en verlies, haar werk voor lotgenoten die een partner hebben verloren en over haar persoonlijke rouwgeschiedenis. Met die geschiedenis is ze de laatste twee jaar intensief bezig geweest omdat die de basis vormt voor de opleiding tot rouw- en verliesbegeleider die Wilma volgde bij Het Land van Rouw, ze is in mei 2024 geslaagd. De aanleiding voor die opleiding is de wens om vanuit de LEVgroep nog meer te kunnen betekenen voor mensen die rouwen. “Ik ben met een collega aan het bekijken of we ons groepsaanbod kunnen uitbreiden voor mensen die met een ander verlies te maken hebben dan een overlijden; zoals een echtscheiding, verlies van gezondheid, een baan en soms allemaal tegelijk, gestapeld verlies noemen we dat. Voor deze mensen zetten we nu één op één vrijwilligers in voor rouw- en verliesbegeleiding, maar we merken dat de meerwaarde van de groep echt het lotgenotencontact is. Dit onderlinge contact heeft veel meerwaarde.

Lotgenoten

“De lotgenotengroepen voor mensen die een partner hebben verloren starten we twee keer per jaar. Ik begeleid de groepen samen met een vrijwilliger, Pieter van den Elsen. Hij is gepensioneerd psychiatrisch verpleegkundige. We kennen elkaar ook persoonlijk goed en werken heel fijn samen. Dat horen we ook terug van deelnemers. Voordat we met de groep starten bezoeken we alle mensen thuis om kennis te maken, het verhaal van het overlijden al een keer te horen en om te vertellen wat we in de groep doen. We bekijken ook of iemand wel klaar is om in een groep mee te doen. Het is belangrijk dat je in al je verdriet ook ruimte hebt voor de ander, om te luisteren naar andere verhalen en om jouw verhaal te delen. Meedoen vraagt echt iets van mensen. Schatten we in dat iemand daar nog niet klaar voor is, dan stellen we voor eerst één op één met een vrijwilliger aan de slag te gaan, meestal voor een jaar. Iemand kan zich daarna altijd nog bij een groep aansluiten.”

Waardevolle verbinding

“De kracht van een lotgenotengroep zit in de herkenning. Iedereen heeft iets vergelijkbaars meegemaakt. Met een half woord snappen ze elkaar. Omstanders komen vaak met duizend en één adviezen, goedbedoeld maak vaak verre van helpend. Al bij de eerste bijeenkomst, als mensen elkaar nog helemaal niet kennen, zie je mensen knikken bij ieders verhaal, van: ‘precies dat is wat ik meemaak en voel!’ Vaak houden mensen ook na de bijeenkomsten nog contact met elkaar. Die blijvende verbinding met mensen die begrijpen wat je doormaakt, is heel waardevol.”

 

“De LEVgroep heeft echt veel te bieden als het gaat om ondersteuning bij sterven, rouw en verlies.
Dat mag zeker meer bekend worden.”

 

Vrijwillige Terminale Zorg

Wilma is ook betrokken bij de Vrijwillige Terminale Zorg (VTZ), zoals het bij de LEVgroep heet. “We werken op dit moment met vijftien vrijwilligers en drie coördinatoren. Als coördinator ga ik na een aanvraag op huisbezoek om te bespreken wat er aan ondersteuning nodig en gewenst is. Onze vrijwilligers zijn er echt voor de mensen die terminaal ziek zijn, ze geven aandacht en zorg, ook om de mantelzorgers rust en ruimte te bieden. Ze zijn er per keer zo’n vier aaneengesloten uren tussen 07.00 en 23.00 uur. Dat geeft mantelzorgers echt de tijd voor wat anders dan zorgen.”

Wilma van Grinsven pols.jpgDe waardering voor deze service van de LEVgroep is hoog, vertelt Wilma. “We horen altijd terug hoe waardevol de aanwezigheid van de vrijwilligers is. Vaak ook dat mensen het heel jammer vinden dat ze ons niet eerder hebben ingeschakeld. De LEVgroep heeft echt veel te bieden als het om ondersteuning bij sterven, rouw en verlies gaat. Dat mag zeker meer bekend worden. Onze vrijwilligers willen dit werk heel graag doen omdat ze persoonlijk allemaal ervaring hebben met sterven, rouw en verlies. Hun eigen rouwgeschiedenis speelt altijd een belangrijke rol in de training die ze bij ons volgen. Behalve trainingen komen onze vrijwilligers ook eens in de zes weken bij elkaar voor overleg en vier keer per jaar organiseren we een intervisie. Terminale zorg kan heftig zijn. We vinden het belangrijk dat onze vrijwilligers daar regelmatig over kunnen praten, met ons en met elkaar. Ervaringen uitwisselen en leren van elkaar is belangrijk om de zorg die de LEVgroep biedt goed te houden.”

Persoonlijke rouwgeschiedenis

In het gesprek met Wilma hoor ik het woord rouwgeschiedenis voor het eerst. Toch weet ik meteen wat ze ermee bedoelt en waarom het belangrijk is die eigen geschiedenis te kennen als je anderen wilt ondersteunen in de laatste levensfase en daarna. Ik nam mijn eigen levensgeschiedenis nauwkeurig onder de loep tijdens de driejarige Zijnstraining van de School voor Zijnsoriëntatie (2019-2022), de basis voor mijn eigen spirituele pad. Daar leerde ik nog een ander interessant begrip kennen: parentificatie. Hoe je als kind veel te vroeg de rol van een zorgende volwassene op je neemt in het familiesysteem en dat blijft doen, tenzij je dat patroon doorbreekt. Wilma herkent dit patroon ook in haar eigen geschiedenis.

 

“Ik was acht jaar oud toen mijn vader werd aangereden. Hij was op slag dood.”

 

Haar rouwgeschiedenis begint al vroeg. Wilma is acht jaar als haar vader tijdens zijn werk op de snelweg wordt aangereden. Hij is op slag dood. Behalve met Wilma blijft haar moeder van negenendertig moeder achter met drie jongens van zes, dertien en veertien. Haar moeder moet direct aan het werk, opvangregelingen zijn er niet. Ze verbreekt het contact met haar man’s familie compleet, te veel moeilijk gedoe. “Ik kwam er op de eerste dag van mijn opleiding tot rouw- en verliesbegeleider achter dat ik al mijn hele leven lang zoekende ben en rondloop met de vraag: wat heb ik nou eigenlijk van mijn vader? Dat was zo’n eye opener; dat dit dus mijn hele leven heeft bepaald en zal blijven bepalen. Dat zoeken, die vraag, is onlosmakelijk verbonden met mijn geschiedenis.”

Veel zorgen en compenseren

“Mijn reactie op het verlies van mijn vader, op het verdriet, was er een van overleven: veel gaan zorgen, compenseren en op een gegeven moment bagatelliseren: het is nu al zo lang geleden, daar hoeven we het niet meer over te hebben, er zijn veel ergere dingen. Ik was het enige meisje in het gezin dus ik ben in dat gat gesprongen en met mijn moeder mee gaan zorgen. Ik heb het gedaan zoals ik het geleerd heb. Ik deed wat mijn moeder deed. Gelukkig heb ik me daar inmiddels al verder in ontwikkeld. Acht jaar geleden ben ik na een relatie van dertig en een huwelijk van 24 jaar gescheiden en heb ik mijn leven verder opgebouwd, samen met mijn dochter en zoon en inmiddels ook twee kleinkinderen. Dat zijn zo’n cadeautjes. Bij mijn kleinkinderen hoef ik als oma niks anders dan er te zijn. Dat heeft me enorm veel rust gebracht.”

240618 Wilma van Grinsven en kleinkinderen.jpgHeftig afscheid

Zo plotseling als haar vader is overleden, zo lang was het ziekbed van haar moeder. “Dat heeft wel een jaar geduurd. Dan maak je een heel ander proces mee. Ik vond dat heel heftig. Samen met mijn broers en vooral mijn dochter Chiara hebben we ons best voor haar gedaan. Chiara en mijn moeder waren echt vier handen op één buik. Zo diep is mijn eigen band met haar nooit geweest. Daar hebben we het nog wel over gehad, maar ze kon me niet meer geven. Ze heeft ons met veel onbeantwoorde vragen achtergelaten. Maar mede dankzij mijn laatste opleiding heb ik daar inmiddels wel vrede mee. Ik kan goed zien dat ze er het beste van heeft proberen te maken met wat haar gegeven was.”

 

“Mijn dochter en moeder waren vier handen op één buik. Zo diep is mijn eigen band met haar nooit geweest.”

 

Niet bang voor de dood

Ondanks alles wat ze persoonlijk heeft meegemaakt en in haar werk tegenkomt, is Wilma zelf niet bang voor de dood. “Tenminste dat denk ik nu. Ik weet natuurlijk niet hoe het zal zijn als het zover is, maar ik geloof heilig in een vorig en een volgend leven. Ken je Het sprookje van de dood, van Marie-Claire van der Bruggen?” De vraag verrast me niet. Dat boek ken ik zeker. Het beschrijft hoe een ziel zich voorbereidt op haar leven op aarde, hoe dat leven als mens in al zijn heftigheid verloopt, de persoon uiteindelijk sterft waarna de ziel terugkeert naar huis. Wijzer en rijker. “Ik vind het een geweldig boek”, zegt Wilma. “Ik ben er van overtuigd dat je als mens op aarde komt om iets te leren, we zijn hier niet alleen voor de lol. Vandaar deze tatoeages: Alta mente repostum (‘diep in de ziel bewaard’) en amor fati (‘liefde voor het lot’). Zo wil ik leven. Dit is mijn weg.” 

 

Meer weten:

LEVgroep

VPTZ




Ben je geboeid door dit verhaal? Vraag Aldi of ze ook jouw verhaal schrijft. Neem nu contact op.